The Endangered Species Act uit 1973 is een van de tientallen wetten die onderdeel zijn van het milieubeleid in de Verenigde Staten. De wet implementeert onder andere de richtlijnen van het internationale CITES-verdrag, een overeenkomst die ervoor moet zorgen dat internationale handel in planten en wilde dieren niet tot hun uitsterven zal leiden.[1]
Het doel van de wet is bedreigde soorten en de ecosystemen waarvan ze afhankelijk zijn te beschermen en herstellen. De wet wordt uitgevoerd door de United States Fish and Wildlife Service (voor land- en zoetwaterorganismen) en de National Marine Fisheries Service (voor mariene soorten).[2]
De wet kan een soort opnemen als bedreigd (loopt gevaar uit te sterven) of kwetsbaar (loopt waarschijnlijk in nabije toekomst gevaar). Alle soorten planten en dieren kunnen onder de wet gebracht worden, behalve plaaginsecten.[2] Bovendien volstaat het dat een soort in een groot deel van zijn leefgebied bedreigd wordt, ook al wordt de soort zelf niet met uitsterven bedreigd. Zo volstaat het niet dat er onbedreigde populatie wolven leeft in Alaska, opdat de wet niet in werking zou treden voor het beschermen van de wolf in de andere 48 continentale staten.